Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing

28.  

Opbrengstverliezen openbaar vervoer  

Risico 

Concessiehouders voor het openbaar vervoer in Zuid-Holland lijden verliezen bij handhaving van hun dienstverleningsniveau. 

Oorzaken 

  • De reizigersaantallen zijn blijvend lager door de coronacrisis. Hierdoor komen minder inkomsten binnen van reizigers.  
  • De tijdelijke compensatie vanuit het Rijk om opbrengstverliezen af te dekken wordt niet, of niet volledig gecontinueerd. 
  • Concessiehouders hebben te maken met stijgende kosten, o.a. personeel, onderhoud en brandstof, welke niet volledig worden afgedekt door indexatie van de exploitatiebijdragen

Gevolg(en) 

  • Als de provincie concessiehouders houdt aan de aanbiedingen die ze hebben gedaan, en niet met extra middelen over de brug komt, gaan zij failliet. Hierdoor kan de provincie haar wettelijke taak om regionaal vervoer aan te bieden niet nakomen. 
  • Bij verdere afschaling van het dienstverleningsniveau treedt er een vicieuze cirkel op
  • Bij nieuwe aanbesteding van een concessie bestaat er een kans op minder of zelfs geen inschrijvingen

Achtergrond-informatie 

In 2020 heeft het Rijk een zogenaamde Beschikbaarheidsvergoeding Openbaar Vervoer (BVOV) geïntroduceerd. Hiermee vult het Rijk het kostenniveau in concessies aan tot  93% of 95% van het kostenniveau in 2019. Hierbij bezuinigen vervoerders 5% tot 7% op hun kosten en mag er geen winst worden gemaakt. De BVOV-regeling liep tot en met 31 december 2022.

Maatregelen 

  • Voor 2023 heeft het Rijk de Transitievergoeding Openbaar Vervoer (TVOV) ingesteld. Hiermee wordt het verschil tussen kosten en opbrengsten nog maximaal tot 82% aangevuld. Om de kwaliteit en betaalbaarheid van het OV te borgen is een Transitieplan Openbaar Vervoer (Onderweg naar toekomstvast OV na corona) opgesteld, waarin gekeken wordt naar een totaalpakket aan maatregelen. De volgende aspecten worden hierin onder meer bekeken en afgewogen: efficiëntere bedrijfsvoering, vervoerssysteem, campagnes om meer reizigers te trekken, verhogen reizigersbijdragen, investeringen in infrastructuur en verhogen van exploitatiebijdrage. Uitgangspunt in dit transitieplan is dat tot en met 2025 in enige vorm een Rijksbijdrage wordt gecontinueerd. 
  • Op 16 februari 2023 is er een bestuurlijke conferentie met het Rijk en vervoerders waar de staat van het OV wordt besproken en welke maatregelen noodzakelijk zijn om het OV ook de komende jaren de maatschappelijke functie als het gaat om bereikbaarheid, leefbaarheid en inclusiviteit te kunnen laten vervullen. Hierbij wordt ook gesproken over een mogelijke rijksbijdrage in 2024.

Status risico 

In 2022 zijn de opbrengstverliezen bij de concessiehouders gecompenseerd door het Rijk via een beschikbaarheidsvergoeding van circa € 20 mln.  
Het meest waarschijnlijke scenario is dat de reizigersaantallen in 2023 nog niet op het niveau van voor de coronacrisis terugkomen. Vooralsnog heeft het Rijk met de TVOV uitsluitend een beperkte regeling voor 2023 in stand gehouden. De bestuurlijke conferentie in februari 2023 moet meer duidelijkheid geven over een voortzetting van enige vorm van Rijksbijdrage in 2024. Vanwege deze onzekerheid is het risico niet nader gekwantificeerd.

Deze pagina is gebouwd op 06/19/2023 11:20:27 met de export van 06/19/2023 10:51:38